ABT EUDAIMOON
1 (234) Eens zei abt Eudaimoon van abt Pafnoetius, de vader van de Skêtis: Ik kwam daarnaartoe als jongeman, maar hij liet me daar niet blijven. Hij zei: “Ik voor mij mag niet toestaan dat er in de Skêtis een vrouwegezicht verblijft wegens de strijd met de vijand”.
[1] Jer 5,1: Loop door de straten van Jeruzalem, kijk goed uit en zoek de pleinen af. Als u ook maar iemand kunt vinden die recht doet en oprecht wil leven, dan vergeef Ik de stad.